Een tijdje terug had ik het over ecologische siergrassen. Naast schaduwtuinen en kruidentuintjes zijn ze namelijk een mooie aanvulling op de klassieke siertuin: dat parelende gezwiep in de wind, die herfstkleuren, de structuur die ze aan de tuin geven, enz. Maar zou het mogelijk zijn om siergrassen te vinden die ecologisch en inheems zijn? En kom je met siergrassen niet automatisch in de deugdelijke perkjes van de betere villa terecht, of zou het ook integreerbaar in het landschap kunnen zijn?
Ik zocht en vond… niet zo veel. Inheemse grassen zijn veelal kleinere grassen, passend in weides en graskanten, maar niet zozeer bruikbaar als sierstruik. Andere inheemse grassen hadden dan weer een te grote veroveringsdrang, of pasten qua grondtype niet op de plaats waar ik ze wou zetten. Een hele dobber dus waar ik niet 1-2-3 aan uit was.
Om de leegte aan inheemse siergrassen op te vullen, besloten we al snel om grassen met gras-achtige bloemen te combineren. Gaura bijvoorbeeld, dat de indruk van bloeiend gras wekt. Of eupatorium, dat in zijn grootsheid best wel hetzelfde structureel effect als dat lelijke pampasgras zou kunnen teweegbrengen.
Halverwege mijn denkproces viel het tijdschrift van VELT in de bus, met daarin een bericht over prairietuinen. Ik was er bijzonder opgetogen over, want die prairietuin leek precies te doen wat ik ook voor ogen had: bloemen en grassen combineren. En waar ik ook blij mee was: dat VELT het strikt inheemse pad durfde te verlaten ten voordele van een weliswaar deels uitheemse, maar toch mogelijks waardevolle aanvulling voor de siertuin.
Toch moet gezegd dat zelfs ik, pseudo-ecotuinier, een beetje vragen had bij die prairietuin. Ze staat immers wel heel vol met voornamelijk Noord-Amerikaanse planten. En om de grond schraal en de prairietuin onderhoudsarm te houden, werd gesuggereerd de plaatsen tussen de planten op te vullen met kiezeltjes, lavasteentjes, enz. Toch allemaal niet zo eco-vriendelijk, dacht ik, en ik voorspelde in gedachten al een kwade lezersbrief.
Jawel, in het daaropvolgende boekje van Seizoenen moest de VELT-redactie er al aan geloven. Dat dat toch niet kon, zo’n uitheemse bloemen promoten. (Terwijl VELT er wel mooi de voor en tegens had bijgezet, zich bewust van de ongewoonheid van hun suggestie). En dat bovenal de suggestie om de planten eens af te branden om de schraalte van de grond te behouden, alle boekjes te buiten ging. Een vuurtje stoken is immers ongezond.
Nu, over de zin (soms) en onzin (meestal) van het vuurtje-stook-verbod heb ik me elders al eens uitgelaten. En dat ik niets tegen een uitheems bloemetje heb, heb ik ook al meerdere keren gezegd. Maar dat ik VELT wil verdedigen, dat is nieuw. Bij deze dus: die prairietuinen zijn zeker verdedigbaar.
Nochtans heeft ook Natuurpunt zich er al tegen gekeerd. In een rapportje van vorige zomer waarschuwen ze voor het invasieve karakter van de veelal uitheemse grassen van de prairietuin. Want: ‘het risico op uitbreiding buiten het perceel is te groot’. Maar wat is er buiten zo’n perceel? In de meeste gevallen toch gewoon gazon, dat afgemaaid wordt. Of steentjes van een terras of paadje. Natuurlijk kan de wind de zaden ook wel verder doorvoeren, maar ik ben tot nu toe niet op de hoogte van een probleem met zich spontaan overal uitzaaiend noord-amerikaans gras?
Natuurpunt heeft ook een probleem met de relatie tussen prairietuinen en biodiversiteit. Een prairietuin is NIET de ideale vlinderplaats, stellen ze, en ze staven dit onmiddellijk door 2 vlinders op te noemen die een specifieke plant nodig hebben voor hun voortbestaan die NIET in de prairietuin staan. Ach ja, dan zet je die specifieke planten toch elders? En waar zit de logica van de redenering? Een eekhoorn kan ook niet overleven in een bloemenweide zonder bomen. Is die bloemenweide daarom slecht voor de biodiversiteit?
En laten we ons ook eens afvragen waar die grassen meestal geplant worden? Niet op de plaats van de siertuin of moestuin. Voor veel mensen is het een oplossing voor een proper voortuintje. Ze zetten siergrassen, hortensia en pachysandra vooraan, en hun tuintje is klaar. Hun alternatief is een oprit in klinkers, want het moet proper zijn en onderhoudsarm. Dan is zo’n noord-amerikaans gras toch nog waardevoller dan klinkers? En de mensen die echte grote vlaktes aanleggen tot prairietuin, daarvan mogen we misschien wel veronderstellen dat het mensen zijn met veel grond, die wellicht ook andere types siertuin op hun domein hebben. En is een hectare prairietuin zoveel slechter dan een weide?
Waarmee ik maar wil zeggen: al die rapportjes en kritiek zijn serieus vermoeiend. Als je het aan mij vraagt, zouden ze in de eerste plaats moeten beginnen met de mensen te motiveren meer bloemetjes en grasjes te planten, door zaden en plantjes uit te delen. Dat kan niet duurder zijn dan de bus gratis maken. En pas als mensen plezier beginnen hebben in tuinieren, kan je het over ecologie beginnen hebben. Maar ontneem ze dat plezier toch niet altijd direct.
Over plezier gesproken: ik heb dus een grassenbordertje aangelegd rond het bessenlabyrinth. ’t Ziet er momenteel nog een beetje zielig uit.
Op dit moment staan er 35 plantjes in, maar mijn oorspronkelijk voorzien stuk was misberekend, waardoor ik halverwege nog een hoop gras mocht wegspitten, daar toch wel behoorlijk op gevloekt heb, en uiteindelijk dus ook plantjes te weinig heb voor het hele stuk. Maar kom, ik denk dat het wel in orde komt (je gelooft me niet, maar tegen deze zomer zal ik het met nieuwe foto’s bewijzen). En wat staat er nu precies in:
In de rubriek grassen hebben we:
– smele (inheems)
– struisriet (inheems)
– geitenbaard (inheems)
– vedergras (Alpen,middellandse zee)
– miscanthus/prachtriet (zo uitheems als de pest, maar schijnt niet te woekeren)
– vingergras (inheems/Europees)
– pijpenstrootje (inheems – staat midden in ons drainageprobleem, dus met natte voeten, waar het van houdt)
In de rubriek bloemen tussen de grassen:
– eupatorium (inheems)
– gaura (uitheems, houdt van warmte en zon)
– echinacea (inheems)
– crocosmia/montbretia (knolgewas; in wezen uitheems, maar dan even uitheems als tulpen)
– thalictrum (Zuid-west-europa)
– verbena (inheems)
– artemisia (kruidachtige met inheemse varianten)
Zal het lukken of niet? Geen idee. Maar het is wel een redelijk inheems strookje geworden, met een variatie aan kleur en bloeitijd, en hopelijk zal het ook het wuivende effect teweegbrengen dat we voor ogen hebben. Zoals ik al zei: deze halve cirkel grassen is rond ons bessenstuk beland. Vanuit het huis zien we de bessen nu nog nauwelijks staan. Alleen de puntjes van de pas geplante grasjes piepen boven de helling uit. (op de foto hieronder zichtbaar toen de plantjes nog niet in de grond zaten, maar wel al op de juiste plaats stonden).
vureke-stook als in ‘licht ontvlambare pampers op minstens 100m van eenieders gevel’ of als in inheems vs uitheems 😉 ?
In Vlaams-Brabant is er (nog steeds blijkbaar) een ‘kom je (gratis) zaksje bloemenzaad maar halen’… dus een paar gemeenten verhuizen kan al helpen (als je blijft wonen waar je zit moet je over een jaar of pakweg dertig toch investeren in marietieme planten als de zee weer door je achtertuin loopt (gelukkig ook een graad of 5 warmer dus ‘echt’ exotisch vuurwerk)
O, maar wij zitten hoog genoeg hoor; laat die stijging van het zeeniveau maar komen, dan is ons huis meteen meer waard als ‘unieke woning op klif met zicht op zee’ 🙂
Tof van die Vlaams-Brabanders. Vrees wel zo chagrijnig te zijn dat ik denk dat bloemenzaad nog te ingewikkeld is: kant- en klare plantjes moeten het zijn…
Zeer interessante uiteenzetting vooral nu ik zelf vol spanning het tijdstip afwacht om eindelijk mijn prairietuin te beplanten.
http://chelone.wordpress.com/
Tof als je er iets aan hebt Chelone! Ik zal je tuinwerk zeker volgen!
10 jaar na datum maar nog steeds actueel :). Heb je soms foto’s van het resultaat?
Ik kreeg als voorstel Stipa tenuissima maar dit lijkt mij een invasieve soort dus ben ik op zoek naar alternatieven. Kan u mij enkel aanraden aub?