Hoor eens jij, basilicum, en jij
daar, Lemon Verbena, jullie allebei;
nu is het aan jullie om je wat te sterken
tegen de vorst. Ik zorgde voor snoeien,
ik ben te moe om nog aan jullie te werken.
Ik zorgde voor spalken en sproeien.
Jullie beurt nu. Ik heb andere dingen aan mijn hoofd.
En overigens mag ik hier wel eens groeien
en een grote dichteres worden, zoals beloofd.
Dat was uiteraard een gedichtje van Herman De Coninck. Om zelf gedichtjes te bedenken, hebben wij het namelijk te druk…
Ik zie het!!!