Ik heb hier nog maar halvelings aan boekrecensies gedaan, terwijl ik initieel nochtans van plan was daar de core-(non-)business van deze blog van te maken. Niet dus. En ook vandaag maar een halvelingse. Maar toch!
Een tijdje geleden vroeg meneer natuurlijk-rijk of we nu allemaal alle boekjes van collega-bloggers en collega-moestuiniers moeten kopen. En ik zei: “ik vind van wel” :-). Ik vind dat ook. Collega-bloggers en -moestuiniers moet je steunen. Zeker als ze pas beginnen. Of als ze er een levensvervulling in hebben of zoeken. Nu zijn Dorien/Jonge Sla en MmeZsazsa (10 000 volgers op facebook! 10 000?!!) natuurlijk bezwaarlijk nog beginners te noemen, en steun is er alom. Maar toch!
Dus ik kocht de Moestuin van Mme Zsazsa, inlcusief recepten van Dorien, en las, zag en overwon de talrijke blzn. in een wip. Een aanradertje, dames en heren, en waarom dat zo is, hebben anderen al beter gezegd dan ik dat zelf kan. Ik kan alleen hoogstpersoonlijk meedelen wat dit boek voor mij beter maakte dan de andere moestuinboeken:
1) De stijl: lay-out zowel als tekststijl zijn anders, luchtiger, kortom: een opluchting. Informatief, maar zonder de wurggreep van een overdaad aan pseudo-academische encyclopedie-taal; hier en daar een grapje of een vleugje ironie, nergens mislukte grapjes.
2)Het papier: echt schoon papier. Jaja, beroepsmisvorming. Maar het goede papier.
3) De moestuininfo: behalve het begrijpelijk meegeven van de wisselteeltinformatie, neemt Mme Zsazsa ook voldoende de tijd om het hele schema theoretisch onderbouwd te doorbreken. En dat gaf voor mijn nog niet zo geïnformeerde geest heel wat nieuwigheden mee. Ik som ze niet allemaal op – anders koopt u het boek niet meer – maar om je een beeld te geven toch enkele voorbeelden:
– combinatieteelt van maïs en staakbonen is niet alleen een gemak voor de boon (ze kan via de mais omhoog), maar geeft je ook een beter gebruik van ruimte (normaal groeien bonen in het peulenperk en de grond tussen de mais is anders toch maar leeg), èn een meer gespreide oogst (staakbonen zijn later klaar dan struikbonen)
– er is vanalles dat je op je kolenperk kan zetten vooraleer er kolen zijn (voorbeelden in het boek)
– sommige groenten kunnen in theorie niet samen, maar als je goed nadenkt, zullen de eerste oogstklaar zijn op het moment dat de andere net ruimte beginnen nodig hebben. Dus je kunt ze in praktijk gerust heel dicht bij mekaar zaaien/planten (voorbeelden in het boek)
– en in de lijn van dit laatste geeft Mme Zsazsa eigenlijk bijzonder veel info over hoe je oogst kan spreiden ver buiten wat de zaaischema’s in klassieke boeken aangeven. Ik heb plots het gevoel dat ik uit mijn mini-moestuintje dubbel zo veel zal kunnen halen als wat andere gidsen en zaadpakjes mij voorschrijven. En vooral: dat het min of meer moet lukken om die ellendige alles-smaakt-naar-‘uit-de-diepviers’-periode zo kort mogelijk te houden. Verfrissend! Verademend! Knap!
4) De recepten: ik weet het, als je niet gewoon bent vegetarisch te koken, dan heb je de helft van de ingrediënten niet alleen niet in huis, maar weet je meestal ook niet wat ze zijn, laat staan hoe ze smaken. Maar vergeet niet: al deze recepten zijn uitgebreid getest. Dus ga één keer naar de winkel om al het onbekende in te slaan, en waag het erop. Maar bovenal, bovenal, en dat is werkelijk de schitterendste vondst ooit, staat bij al deze recepten a) of je ze van de dag voordien al kunt maken (of welke delen ervan) en b) of ze ook de volgende dag nog lekker zijn. (Neen, a en b zijn echt niet noodzakelijk hetzelfde.) Ik ben werkelijk totaal verrukt van dit idee. Hoe vriendelijk voor de kok! Voor het gezin! Vanaf nu moeten alle kookboeken gewoon zo opgebouwd zijn, vind ik. Want zo’n 30-minuten recepten van Jamie zijn wel superlekker, haalbaar na school- en werkdag, èn effectief in 30 minuten klaar te maken, maar het blijft een hyperportie turbokoken, waarna je met natte plekken onder je oksels aan tafel neerstort. Terwijl hier, o heil, alle liefde voor de kokende medemens die op de ochtend van een feestje wakker wordt en de lippen in een tevreden: ‘o, alles staat al versgemaakt klaar in de berging’-glimlach krult. Heil aan Dorien!
Dus, dames en heren, een boek dat ook u moet kopen. Absoluut.
U zegt? Dat een recensie ook altijd kritiek heeft? Wel ja, eentje dan: er wordt nergens (of maar weinig) over geld gerept. Ik besef goed dat een boek over zuinig moestuinieren niet aantrekkelijk is, maar er is een niet-uitzetbare knop in mezelf die altijd aan de mensen met een laag inkomen denkt, en in gedachten die potaarde, die potjes, de compost, de zaden, de serre, het gereedschap, enz. samen zit te tellen. Toegegeven, ook Mme Zsazsa verwijst naar de kringwinkel voor potten en het containerpark of wc-rollen voor kiemplantjes, maar er zitten nog veel verscholen kosten in. Ik zou er dus een blad hebben bijgestoken met alle benodigdheden voor een moestuin, en vervolgens de opties waar je ze allemaal kunt kopen/vinden/ruilen. In het kader van kringloopwerken, transitië enzo. Het zou een beeld geven, denk ik dan, van minimale en maximale onkosten, waaruit mensen naar vermogen of wens zelf kunnen kiezen.
Desalniettemin en toch absoluut: kopen dat boek!