Jaren heb ik het ontkend, geweigerd, doodgezwegen: dat zevenblad iets positief zou kunnen zijn. Want dat is het niet. Niet als je er eindeloze vierkante meters zevenbladvlakte van hebt.
Maar omdat ik persé twee keer per week eten uit eigen tuin wil maken, en de groentetuin nog niet erg veel voortbrengt (toch niet veel dat al oogstklaar is) stond ik daar en keek ernaar. Zevenblad… Dan toch maar een proberen, die pesto van zevenblad?
De kindertjes werden aan het werk gezet: oudste zoon ging daslookblaadjes plukken, dochter plukte zevenblad, en jongste zoon oogste de eerste look. We hadden een groot handvol daslook en twee hele grote handenvol zevenblad. Daarbij twee verse lookteentjes. Dat alles werd vakkundig in de vijzel tot moes ge – euh – vijzeld (?), gemengd met 2 lepels olijfolie, en gekruid met peper en zout. We hadden ook nog zo’n 50 g pijnboompitten waarvan de ene helft vermalen werd en de andere helft als volledige pitten in het mengsel ging.
Er waren ook groenten: meiraapjes die ik in hele kleine blokjes sneed (een drietal raapjes), enkele tuinbonen die gered waren van de bladluizen (een boon of 10), twee handenvol Nieuw-Zeelandse spinazie en de eerste erwtjes (een klein kopje).
Dat alles werd 2 minuutjes gebakken en gesudderd in de pan. Ondertussen werden de schelpjes gekookt en 3 soeplepels van het kookvocht van de pasta ging bij de pesto. Vervolgens pasta verder afgieten, bij de groenten in de pan doen, pesto erdoor, en één minuutje roerbakken.
Dan krijg je dit.
Op één of andere manier sukkelt daar dan altijd een glas wijn bij op de foto. Ik weet ook niet hoe dat komt 😉
Elk kind en elke volwassene vulde een kommetje en ging er buiten mee zitten in de schaduw van de parasol. En toen was het stil. En waren alle kommetjes in een mum van tijd leeg. En toen nog eens. En toen was het op en bleek ik te weinig eten te hebben gemaakt… Sja.
Mensen: maak dit. Het is maaaaaaaaaaaaagisch lekker. Met zevenblad, begot…