Feeds:
Berichten
Reacties

Archive for juni, 2017

Jaren heb ik het ontkend, geweigerd, doodgezwegen: dat zevenblad iets positief zou kunnen zijn. Want dat is het niet. Niet als je er eindeloze vierkante meters zevenbladvlakte van hebt.

Maar omdat ik persé twee keer per week eten uit eigen tuin wil maken, en de groentetuin nog niet erg veel voortbrengt (toch niet veel dat al oogstklaar is) stond ik daar en keek ernaar. Zevenblad… Dan toch maar een proberen, die pesto van zevenblad?

De kindertjes werden aan het werk gezet: oudste zoon ging daslookblaadjes plukken, dochter plukte zevenblad, en jongste zoon oogste de eerste look. We hadden een groot handvol daslook en twee hele grote handenvol zevenblad. Daarbij twee verse lookteentjes. Dat alles werd vakkundig in de vijzel tot moes ge – euh – vijzeld (?), gemengd met 2 lepels olijfolie, en gekruid met peper en zout. We hadden ook nog zo’n 50 g pijnboompitten waarvan de ene helft vermalen werd en de andere helft als volledige pitten in het mengsel ging.

20170610_121815 Er waren ook groenten: meiraapjes die ik in hele kleine blokjes sneed (een drietal raapjes), enkele tuinbonen die gered waren van de bladluizen (een boon of 10), twee handenvol Nieuw-Zeelandse spinazie en de eerste erwtjes (een klein kopje). 20170610_121835

Dat alles werd 2 minuutjes gebakken en gesudderd in de pan. Ondertussen werden de schelpjes gekookt en 3 soeplepels van het kookvocht van de pasta ging bij de pesto. Vervolgens pasta verder afgieten, bij de groenten in de pan doen, pesto erdoor, en één minuutje roerbakken.
Dan krijg je dit.

20170610_124436

Op één of andere manier sukkelt daar dan altijd een glas wijn bij op de foto. Ik weet ook niet hoe dat komt 😉
Elk kind en elke volwassene vulde een kommetje en ging er buiten mee zitten in de schaduw van de parasol. En toen was het stil. En waren alle kommetjes in een mum van tijd leeg. En toen nog eens. En toen was het op en bleek ik te weinig eten te hebben gemaakt… Sja.
Mensen: maak dit. Het is maaaaaaaaaaaaagisch lekker. Met zevenblad, begot…

Read Full Post »

Zaterdag was een mooie, zonnige dag. Een dag met tijd om eindelijk nog eens het fototoestel boven te halen en een poging te ondernemen om mij te herinneren wat al die knopjes ook al weer betekenden. Dat lukte niet echt, en ik struikelde nog over onkruid, lege plekken en slecht uitgroeiende planten. Maar (MAAR!) er waren rozen! Geurend naar rozen en Engeland en vroeger en al! En ik klikte vreugdevol in het rond.

De roos ‘Sophie’s choice’, bijvoorbeeld, die ik van mijn ouders cadeau kreeg bij de geboorte van de jongste zoon en die, zo zeg ik maar even, wel mijn eigen keuze had kunnen zijn 😉

DSC_0057

DSC_0055 Het onbekende roosje, nu kindgroot maar ooit niet meer dan een klein kasplantje, zo droog en vergaan dat ik het van de kassierster in het tuincentrum gratis kreeg.  DSC_0059

Het apothekersroosje, dat ik alleen onder die naam ken, omdat het uit de tuin van mijn grootvader komt die het ook al zo noemde.

DSC_0060 De Joegolavische roos, van mijn tante-tuindame gekregen toen we hier kwamen wonen, en die ik ook alleen ken onder de naam waarmee ze hem aan mij gaf. Joegoslavische roos dus 🙂 Ze is bijna uitgebloeid nu, maar bloeit makkelijk 3 keer per jaar. DSC_0061

Maar dankzij de imker-kennis zijn er ook extra bij-vriendelijke planten mijn tuin ingeslopen, zoals deze phlomis, waar hommels (naar het schijnt; ik moet er nog eens voor wakker blijven) ’s nachts in slapen.

DSC_0062 DSC_0063

Zelfs mijn verdwenen border ziet er (vanuit deze hoek 😉 ) best nog aanvaardbaar uit

DSC_0065

Met (minder bijvriendelijke) pioenrozen

DSC_0067

En verderop, bij het bankje, lekker ouderwetse lupinen

DSC_0068

Maar het meest blij was ik met mijn tomaten. Nog nooit stonden ze er zo gezond bij, heb ik het dieven zo goed volgehouden, en geurde de lucht van de belofte van tomaten

DSC_0074

Maar u weet het beter dan ik het wist: hoogmoed komt voor de val. En dus begon het te stormen. Niet een klein beetje, maar veeeeeeeeeeel. Twee dagen lang was het lawaai van wind en ruisende bomen oorverdovend (ik overdrijf niet). Toen ik gisteren eindelijk terug de tuin in durfde, liep ik over een zee van afgeknakte takken, verse twijgjes, grote takken, blaadjes, blaadjes, blaadjes en kleine appeltjes.

DSC_2262

Tuingeraniums liggen verwilderd over andere planten heen en pioenen zijn plat gesmakt op het gras en de boordstenen.

DSC_2267

De clematis die je hieronder op het gras ziet liggen, was de voorbije jaren 2,5 meter hoog tegen de oude garage gegroeid.

DSC_2268

En dan had ik de tomatenserre nog niet gezien…

DSC_2264

All’s well that ends well, en dus bracht de stormnacht ook nog wat moois voort. Zes lieve donskes zagen onder de zwiepende wilgen en populieren zowaar het levenslicht.

DSC_2256 DSC_2258

Nu alleen nog een beetje opruimen zeker… En ergens tomaatjes gaan kopen…

Maar vertel eens: wat heeft de storm in uw tuin gedaan?

Read Full Post »

Ongeveer een week geleden plaatste ik de volgende boodschap op mijn persoonlijke facebookpagina:

‘Vandaag is officieel mijn laatste dag als werknemer. Straks zeg ik dag met het handje tegen de functie met interessant klinkende titel, de bedrijfswagen, de werkzekerheid, enz. Daarna stort ik me in de volstrekte onzekerheid van het bestaan van een freelance schrijver, zonder flashy functietitel, zonder vast inkomen, zonder werkzekerheid, zonder bedrijfsauto, -laptop of -gsm. De kans op mislukken is reëel; maar de zin en passie zijn groot, en de kring van freelancers heeft de afgelopen maanden bewezen warm en hartelijk te zijn. En één iets is absoluut zeker: ik zal later nooit spijt moeten hebben dit ik het niet heb geprobeerd. (dat laatste moet ik vooral onthouden als ik binnen een jaar aan de kassa van de Spar zit ofzo 😉 )’

De reacties waren talrijk (naar mijn bescheiden-vriendengroepje-normen 😉 ). En verrassend. Niet dat ik de steun niet had verwacht (als je dan toch maar weinig vrienden hebt, kunnen ze maar beter van de beste ondersteunende soort zijn 😉 ), maar uit de reacties sprak meer dan steun.

Velen vonden het ‘moedig’. Er zijn momenten dat ik maar al te goed besef hoeveel dwaze moed er voor nodig is, al zijn er ook evenveel andere momenten waarop ik sindsdien heb gedacht dat ik eindelijk thuiskom (zij het voorlopig nog redelijk platzak…)

Anderen wensten me zo hartverwarmend veel succes dat ik me niet in Vlaanderen, maar in een Amerika-van-vroeger waande, waar moed en initiatief niet worden afgestraft, maar net bejubeld, hoe blind die moed ook moge zijn.

Maar de meeste vrienden en kennissen stuurden er via messenger nog een berichtje achteraan. Berichtjes waaruit vooral bleek hoeveel mensen soortgelijke dromen hebben, maar aarzelen om ze waar te maken. Berichtjes waaruit bleek hoeveel gedroomd wordt ook. Zoals één iemand het schreef: ‘Ik denk dat je doet waar velen van ons alleen aan denken: “don’t dream you life but live your dream” ‘.

Zo rooskleurig is het in het begin natuurlijk helemaal niet. En dan moet het project nog slagen ook. Als ‘een droom’ voelt het daarom zelfs helemaal niet. Het is geen droom in de zin van een vaag plan. Het is geen droom in de zin van een leuk creatief idee om eens te proberen. Het is een functie waarvan ik weet dat ze bestaat en nu gewoon verdomd mijn best moet doen om er goed in te worden en het waar te maken.

Maar het is natuurlijk wel een droom omdat het het leven biedt waar ik meer en minder zichtbaar sinds het einde van mijn journalistieke tijd van droom. Een leven waar ik aan dacht bij alles wat ik las. Elk interview heb ik uitgepluisd op zoek naar de job van de interviewee: was hij of zij werknemer? Of zelfstandige? Hoe heeft hij of zij dat gedurfd? Of als ik stukken las over basisinkomen: zou ik daarop wachten om te springen?

Toen ik een stuk las van Ignaas Devisch, waarin hij rauw en mooi verwoordde dat mensen die beslissen om het met minder te gaan doen uitzonderlijk, moedig en bewonderbaar zijn. Tezelfdertijd: dat eerlijke stuk van een blogster waarvan ik de naam helaas vergeten ben, en die eerlijk neerschreef hoe het na een aantal maanden met de roes ‘ik-ben-gelukkig-met-minder’ al heel wat minder ging.

Ik dacht het ook toen ik lang geleden een werkdag beschreef en Menck (eerlijk en terecht) schreef: ik zou gek worden van zo’n dag.  Ik denk het telkens als ik stukken lees van Eigenwijze Bart die toch maar werk combineert met thuis-zijn en het realiseren van zijn talenten daar (alleen dat boek nog, Bartje, daar blijf ik naar vragen 😉 )

Ik heb het, kortom, altijd gedacht, sterk mijn best gedaan om er vanaf te geraken, en nooit is het gelukt. Daarom is het wurgend te beseffen hoezeer deze ‘uitstap’ moet lukken. En tezelfdertijd is het dat ook helemaal niet: ik kom eindelijk thuis. Nu alleen nog keihard werken 🙂

 

 

Read Full Post »